dinsdag 7 december 2010

Geven en ontvangen

In deze feestmaand is ‘geven en ontvangen’ een thema waar je niet om heen kunt. Hoe zit dat in communicatie eigenlijk met geven en ontvangen?

Als het goed is is communicatie tussen mensen een wederzijds proces van zenden en ontvangen. Wanneer je iemand iets te zeggen hebt zendt je, geef je dus iets, en als luisteraar ontvang je. Toch?

Ja, en ook niet helemaal. Want als zender vraag je ook van de ontvanger. Je maakt gebruik van de tijd en aandacht van de ander, vaak misschien wel ongevraagd. Je vraagt dus de beschikbaarheid, tijd ruimte en aandacht van de ander. Dat is eigenlijk nogal wat.

Ik vind het wel een boeiend gegeven om zo naar gesprekken te kijken: wie geeft wat, en wie ontvangt? En als je geeft, geef je dan eigenlijk echt of vraag je eerder? Als je uitgebreid verslag doet van hoe jouw ochtend verlopen is aan wie geef je dan? En is er nog wel sprake van ontvangen aan de andere kant? In hoeverre ben je je bewust van de weg die jouw woorden afleggen? En ben je je bewust van of je woorden daadwerkelijk aankomen aan de andere kant?

Woorden doen echt iets in de communicatie. Ik schreef al eerder over de kracht van het woord. Door een training die ik volgde is mijn aandacht nu veel meer bij het letterlijk effect van woorden.

Taal is het materiaal waarmee je communicatie construeert. Het is boeiend om het letterlijk als substantie tussen jou en de ander te zien. Tastbaar materiaal. Woord is klank en klank is energie, trilling van lucht, je zendt dus trilling van jou naar de ander. Als ontvanger kun je dat, met wat oefening ook voelen, fysiek ervaren. Je merkt dan dat woorden echt binnenkomen, en een plek moeten vinden. ‘Het landt nog niet’ is dan niet meer alleen een gezegde maar kun je letterlijk nemen. Ook een mooie die ik laatst hoorde: “Dit resoneert nog niet bij mij”. Volgens mij is dat letterlijk zo.

Het is boeiend om met dit gegeven communicatie eens nader te bekijken. Woorden zitten niet alleen in ons hoofd maar spelen een directe en tastbare rol in de communicatie. Wat als je er van uit gaat dat ieder woord een brokje energie is dat door de ander verteerd moet worden? Wat vraag je dan van een ander met een uitgebreid verhaal met veel woorden? Wat is het soortelijk gewicht van de woorden die je gebruikt? Dien jij je woorden op in licht verteerbare hapjes? Merk je dat woorden weleens onverteerbaar zijn? Laat jij een ander weleens proeven aan jou woorden of schep je op in grote hoeveelheden?

Wat vraag jij van een ander door jou verhaal te vertellen? Wat kun jij een ander geven door zijn of haar woorden te ontvangen?

Ik merk dat ik me door zo naar communicatie te kijken meer bewust wordt van de verteerbaarheid van mijn eigen woorden. Ik merk dat als ik er op die manier aandacht aan besteed ik dan mijn woorden zorgvuldiger kies, en vooral merk ik dat ik minder woorden ga gebruiken. Meer pauzes in het gesprek, ruimte voor de woorden om opgenomen te worden door de ander en verwerkt te worden.

Ook de woorden van anderen volg ik zo bewuster en steeds beter merk ik wat ze doen; waar ze binnenkomen, en of ze eigenlijk wel binnenkomen en ze voor mij behapbaar zijn.

Net als met eten merk ik dat ik soms te haastig ben en me dan ‘overeet’ aan mijn eigen verhaal, of dat van een ander. In beide gevallen bekomt me dat niet goed. Als ik zorgvuldiger het proces van het gesprek volg is het effect dat ik meer contact en verbinding met de ander ervaar; ik proef dan letterlijk beter wat ik opneem. Daar waar er storingen in de communicatie zijn ben ik mezelf beter bewust van wat mijn woorden ‘doen’ bij een ander en probeer ik mijn woorden in kleinere hoeveelheden op te dienen bij de ander.

Communicatie wordt dan weer een wederkerig proces van geven en ontvangen, een balans tussen zender en ontvanger.